Mahler was born in Kalischt, Bohemia, on July 7, 1860. At the time, Bohemia (later to form a major component of Czechoslovakia, and later the Czech Republic) was part of the Austro-Hungarian empire, then enduring its final crumbling decades, and the region where Mahler spent his youth was strongly associate with the Czech independence movement. However, Mahler also was a Jew, and Jews in the region were associated by ethnic Czechs with Germans. Mahler’s famous quote is: "I am thrice homeless, as a native of Bohemia in Austria, as an Austrian among Germans, and as a Jew throughout the world. Everywhere an intruder, never welcomed."

(Contributed by Jan Vávra <janvavra@hotmail.com>)

[in Dutch]
Gustav Mahler was de zoon van een Joodse koopman. Hij studeerde vanaf zijn 15e aan het Weens Conservatorium. Mahler was operadirigent aan vele theaters, zoals Budapest, Hamburg en Wenen, waar hij de Wiener Hofoper tot de voornaamste in Europa maakte. Vanwege hartproblemen en de dood van zijn oudste dochter verliet hij Wenen, waar hij ook radicale jonge componisten als Schönberg, Berg, Webern en Zemlinsky had gesteund door zijn activiteiten voor de Vereinigung schaffender Tonkünstler. Intussen was zijn liedoeuvre uitgebreid met vier van de vijf Rückert-Lieder, de Kindertotenlieder (1901-1904). Tijdens zijn leven genoten zijn werken niet veel waardering; pas in de jaren ‘50 werd zijn werk populair.
(conntribution by Robbert Muuse <robbertmuuse@hotmail.com>)